Dat je als BIG geregistreerde tuchtrechtelijk op je tellen moet passen, is bekend. Maar dat je ‘Roomser dan de Paus’ moet zijn, realiseert niet iedereen zich. Uit een uitspraak van het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (CTG) van 15 oktober 2020 blijkt dit weer eens. Heeft u zelf hulp nodig van een advocaat omdat tegen u een tuchklacht is ingediend? Bel dan met Anne Marie de Koning of Robert-Jan van Eenennaam.
De zaak
In deze zaak is een gz-psychologe als regie-behandelaar betrokken bij de behandeling van de dochter van de klager. De klager, die geen gezag voer zijn dochter had, heeft de psychologe per brief vertrouwelijk om een gesprek verzocht. De psychologe heeft dit verzoek, na lang wikken, wegen en overleg, met de dochter en haar moeder gedeeld.
Tuchtklacht schending beroepsgeheim
De klager verwijt de psychologe dat zij hiermee haar beroepsgeheim jegens hem heeft geschonden. Hij dient een tuchtklacht schending beroepsgeheim in. Ook verwijt hij de psychologe dat zij een interventie heeft gepleegd ten aanzien van haar patiënte en haar gezinsrelaties. Het Regionaal Tuchtcollege (RTG) oordeelde dat de klachten ongegrond waren. Het RTG vond dat de psychologe, als behandelaar met haar 14-jarige cliënte (de dochter van klager), zorgvuldig had gehandeld door haar cliënte en de moeder in kennis te stellen van klagers verzoek om een gesprek. Van enige schade als gevolg hiervan is niet gebleken.
Het Centraal Tuchtcollege
Het Centraal Tuchtcollege denkt daar anders over. De gz-psychologe heeft, na overleg met een medebehandelaar en na de inhoud van de brief tweemaal in het multidisciplinair overleg te hebben besproken, het verzoek van klager voorgelegd aan haar patiënte en haar moeder. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat dit handelen van de gz-psychologe in strijd is met de Beroepscode die voor deze psychologe geldt.
Vertrouwelijkheid geldt ook voor andere betrokkenen
De gz-psychologe heeft tijdens de zitting in beroep verklaard dat zij de vertrouwelijkheid waarom in de brief werd verzocht heeft geplaatst in het licht van haar relatie met haar patiënte. Op grond van de Beroepscode meent het CTG dat ook andere betrokkenen, zoals klager, een beroep op die vertrouwelijkheid kon doen. De psychologe had daarom eerst met klager in contact moeten treden over de voorwaarden waaronder zij eventueel aan zijn verzoek zou kunnen voldoen.
Geen overleg
Omdat de gz-psychologe zonder klagers toestemming patiënte en haar moeder over het verzoek van klager heeft ingelicht heeft zij klager de mogelijkheid ontnomen om zijn verzoek in te trekken in het geval hij het informeren van patiënte over zijn verzoek onwenselijk achtte. Het Centraal Tuchtcollege overweegt dat de psychologe met het inlichten van haar patiënte een interventie heeft gepleegd ten aanzien van patiënte en haar gezinsrelaties. Deze interventie is onomkeerbaar en, vanwege de strijd met de Beroepscode, niet professioneel. De klacht wordt dan ook gegrond verklaard.
Waarschuwing en publicatie
Uiteindelijk legt het CTG een waarschuwing op en het gelast publicatie van de beslissing. Zelfs in een zaak als deze, waar de psychologe dus oprecht en integer handelde, overleg pleegde met collega’s, is toch een waarschuwing opgelegd. Hoewel het CTG nog overweegt dat het slechts een zakelijke terechtwijzing is, zonder een stempel van ‘laakbaarheid’, wordt toch een waarschuwing opgelegd.
Rechtsbijstand bij klacht
Heeft u een klacht gekregen van een patiënt of een andere betrokkene? Wilt u daartegen verweer voeren? Doe dat niet alleen en schakel een advocaat in van SKE advocaten. Wij hebben ervaring met de behandeling van tuchtklachten en wij kunnen u daarbij goed van dienst zijn. Bel daarom met Anne Marie de Koning of Robert-Jan van Eenennaam.