Als ondernemer of als particulier kunt u boetes opgelegd krijgen door de Nederlandse arbeidsinspectie (NLA). De officiële naam was tot voor kort Inspectie SZW.
De Nederlandse arbeidsinspectie houdt toezicht op de naleving van de Arbo-wetgeving in Nederland. Als één van de arbo-regels wordt overtreden kunnen er boetes worden opgelegd. De inspecteurs hebben speciale bevoegdheden om hun controles goed uit te kunnen voeren. Zo hebben ze toegang tot alle arbeidsplaatsen en zijn ze bevoegd om inzage te vragen in identiteitsdocumenten, werktijdregistraties, loonadministraties en andere documenten. In beginsel bestaat er een verplichting om mee te werken aan dat soort verzoeken.
Arbeidsinspectie controleert op:
De Nederlandse arbeidsinspectie controleert onder andere op naleving van de Arbowet/Arbeidsomstandighedenwet, de Arbeidstijdenwet, de Wet Arbeid Vreemdelingen (WAV) en de Wet Minimumloon. Dat zijn dus bijvoorbeeld controles op illegale tewerkstelling (het laten werken van vreemdelingen zonder geldig verblijfsdocument en werkvergunning), mensenhandel (uitbuiting van arbeidskrachten) en onderbetaling en andere ontduiking van wetgeving die oneerlijke concurrentie op de arbeidsmarkt veroorzaken.
Boete arbeidsinspectie bij overtreding WAV
De arbeidsinspectie kan zelf bestuurlijke boetes opleggen. Bedrijven die de regels overtreden en die een buitenlandse werknemer zonder vereiste werkvergunning (TWV) of gecombineerde vergunning voor verblijf en arbeid (GVVA) voor zich laten werken, riskeren een boete van € 12.000,- per buitenlandse werknemer. Particulieren die een buitenlandse werknemer voor zich laten werken, worden voor de toepassing van de WAV als ‘werkgever’ beschouwd. Particulieren riskeren bij overtreding van de WAV een boete van € 6.000,-
Boete bij overtreding Wet minimumloon
Bij overtreding van de Wet minimumloon (WML) hangt de hoogte van de boete af van hoe ver het loon afwijkt van het wettelijk minimumloon en de wettelijke minimumvakantiebijslag. De boete kan oplopen tot maximaal € 10.000,- per onderbetaalde werknemer (bij betaling onder het minimumloon) of € 2.000,- per onderbetaalde werknemer (bij betaling onder de minimumvakantiebijslag). Als werkgever moet u daarnaast binnen vier weken het achterstallige loon betalen, anders kan een dwangsom opgelegd worden van maximaal € 500,- per werknemer voor elke dag dat het achterstallige loon en de vakantiebijslag niet is betaald. Dat kan dus aardig in de papieren lopen. Het maximale bedrag dat een werkgever per werknemer aan dwangsom kan worden opgelegd is € 40.000,-
Actuele boetebedragen vindt u hier. Indien er sprake is van eerdere overtredingen worden de boetebedragen steeds hoger. Ook kan stillegging van uw onderneming plaatsvinden.
Zienswijze
Als u een boeterapport krijgt, staat de hoogte van die boete nog niet vast. Het boetebedrag wordt namelijk niet door de inspecteur bepaald, maar door een boeteoplegger. Voor elke soort overtreding is er een normbedrag vastgesteld. Dit is het uitgangspunt voor de bepaling van de hoogte van de boete. U ontvangt eerst een kennisgeving. Hierin staat het voornemen tot oplegging van een boete, het voorgenomen boetebedrag en een omschrijving van de naar mening van de inspectie overtreden regel.
U kunt binnen twee weken op de boetekennisgeving reageren op dit voornemen om aan u een boete op te leggen, door uw zienswijze te geven. Dit mag zowel mondeling als schriftelijk. In uw zienswijze kunt u aangeven waarom u het niet eens bent met de boete. Bijvoorbeeld omdat de overtreding u niet te verwijten valt, of omdat u de boete niet kunt betalen. Als u verminderd verwijtbaar bent of wanneer er andere omstandigheden zijn die maken dat de boete te hoog is, kan de boete gematigd worden. Let wel: dit wordt niet zo maar gedaan. U zult dat goed moeten motiveren. U bent overigens niet verplicht een zienswijze in te dienen en u kunt altijd nog in bezwaar en in beroep gaan tegen de oplegging van een boete.
Bezwaar boete arbeidsinspectie
Na het voornemen tot oplegging van een boete, ontvangt u een boetebeschikking. Hierin staat het boetebedrag en dit is de daadwerkelijke boete. Tegen die boete kunt u bezwaar maken. Maar let op! Nadat de boetebeschikking is opgelegd, moet u de boete meteen betalen. Het indienen van bezwaar en beroep schort de betalingsverplichting niet op, tenzij u de rechter verzoekt om een voorlopige voorziening tot uitstel van uw betalingsverplichting.
Beroep bij de rechter
Als uw bezwaar wordt afgewezen en de boete wordt gehandhaafd, kunt u een beroep doen op de rechter. U gaat dan ‘in beroep’. Let op: u moet hiervoor griffierecht betalen (dat zijn kosten die de rechter in rekening brengt om uw zaak te behandelen). Dit beroep moet u binnen 6 weken na beslissing op uw bezwaarschrift aantekenen bij de Rechtbank.
Hoger beroep
Als u het niet eens bent met de rechter van de Rechtbank, kunt u nog in hoger beroep bij de Raad van State. Ook hieraan zijn kosten verbonden.
Bijstand van een advocaat
Om de beste kans te maken op matiging van een boete of het voorkomen van een boete, kunt het beste al in een vroeg stadium contact opnemen met één van onze advocaten. U moet namelijk in het bestuursrecht zo vroeg mogelijk al uw argumenten goed naar voren brengen. Doet u dat niet, dan bestaat de kans dat het te laat is en de rechter nadere argumenten niet meer accepteert. Als u problemen heeft met de arbeidsinspectie/inspectie SZW, bel dan zo snel mogelijk met een advocaat van SKE advocaten. Wij adviseren u bij uw zienswijze, schrijven deze voor u, wij maken bezwaar tegen de boete van de arbeidsinspectie en wij gaan zo mogelijk voor u in beroep.